Wat te doen na ‘Groningen’?

groningen.jpg
LeukereFotoNathan
Door Antrude Oudman, Nathan Kramer op 28 februari 2023 om 12:00

Wat te doen na ‘Groningen’?

Afgelopen vrijdag kwam er wederom een stinkende walm van Nederlands beleid boven de grond bubbelen. De parlementaire enquêtecommissie die onderzoek deed naar de gaswinning in Groningen kwam tot de conclusie dat gas boven Groningen werd gesteld. Ondanks 1.600 aardbevingen en 267.000 schademeldingen, heeft de NAM de problemen afgedaan als ‘flauwekul’, en wuifde voormalig verantwoordelijk minister Henk Kamp de aardbevingen weg met “onder de 2,5 op de schaal van Richter voel je ze niet”. Daadkracht lijkt soms ver te zoeken.

PerspectieF vindt het fijn dat met dit rapport van de parlementaire enquêtecommissie de feiten boven tafel zijn, maar vindt dat er nu de schouders moeten worden gezet onder een fikse taak. PerspectieF stelt vijf aanbevelingen op in dit artikel voor uitvoerders, politici en andere betrokkenen bij dit onderwerp:

 

  1. Bied Groningers een duidelijke structuur
  2. Laat de Tweede Kamer zich bezinnen op een morele zelfreflectie
  3. Wees bewust van de botsende verwachtingen
  4. Gebruik de juiste middelen voor de juiste doelen.
  5. Laat waterschappen ook hun lessen leren.

 

Bied Groningers een duidelijke structuur

De gaswinning was een rijdende trein die Groningers jarenlang maar niet tot stilstand wisten te brengen. De compensatie is een stilstaande trein die Groningers jarenlang maar niet in beweging weten te krijgen. De enquêtecommissie geeft veel partijen veel opdrachten mee, maar één ding staat vast: rammel niet aan de structuur. De structuur is meermaals flink veranderd waardoor gedupeerden zich niet alleen van het kastje naar de muur gestuurd voelden, maar kastje en muur tussentijds ook een andere rol kregen. Nu zijn versterking en schadeafhandeling twee trajecten, en al voelt het vreemd omdat er overlap is: láát het zo, maar fiks wel een betere samenwerking tussen instanties, zoals het Instituut Mijnbouwschade Groningen (IMG) en de Nationaal Coördinator Groningen (NCG).

 

Daarnaast, rust Groningers zelf beter toe. Uit onderzoek blijkt dat gedupeerden mét juridische, bouwkundige en financiële bijstand beter af zijn dan wie geen of één vorm van bijstand krijgt. De commissie adviseert het kabinet om juridische, bouwkundige en financiële bijstand te subsidiëren, in afwachting van de gewijzigde Tijdelijke wet Groningen. Heldere taal.

Het zoveelste terrein van het bestuursrecht waar bijstand té veel verschil maakt – en dus eigenlijk een vereiste is. En dan zijn bevingsprocedures nog ruim doordat bijvoorbeeld de bezwaartermijn is opgerekt van de zes weken in de Algemene wet bestuursrecht naar standaard twaalf weken, en de rechter coulant omspringt met termijnoverschrijding. Reden genoeg om in het héle bestuursrecht kritisch te kijken of twaalf weken misschien de standaard kan worden? Dat kan ook capaciteit en kosten schelen, want niet alleen in dit stukje bestuursrecht lopen veel procedures omdat termijnen zijn overschreden (zie ook: IND). Een open uitnodiging aan de wetgever!

 

Laat de Tweede Kamer zich bezinnen op een morele zelfreflectie

De commissie somt in haar aanbevelingen de stapel rapporten op uit de afgelopen tien jaar over wat we kunnen en moeten leren van de Groninger gaswinning. Sla die rapporten plat en ze roepen allemaal ‘los het nu eens op!’. Maar (er zal eens géén ‘maar’ zijn) de commissie noemt het makkelijker gezegd dan gedaan. Vervolgens legt de commissie de vinger op de zere plek: lange tijd ging het debat niet over het morele perspectief.

Moraal is een moeilijk thema. De commissie heeft het over morele verplichtingen, van een morele schuld, van een moreel perspectief. Moraal gaat over normen en waarden, reikt verder dan het algemeen belang. Eén van de aanbevelingen van de commissie is: zet het dienen van het publiek belang expliciet in de ambtseed van (rijks)ambtenaren. Een aanbeveling die al wordt uitgevoerd, want in januari kondigde minister Bruins Slot van Binnenlandse Zaken de wijziging aan in een Kamerbrief, nadat de Tweede Kamer eerder al via een motie erom had verzocht. Ironisch, want in diezelfde Kamer klonk unaniem ‘de compensatie moet sneller en ruimhartiger’. Bij partijen als JA21 en FvD botst dan ook het feit dat zij óók in het algemeen belang horen te denken, blijkbaar niet met hun opstelling dat de provincie Groningen gebruikt mag blijven worden voor gaswinning voor onze energievoorziening.

 

Zorg ervoor dat gemeenten en de provincie Groningen kunnen inspelen op elkaars verwachtingen

De 1-0 achterstand van Groningen wordt benadrukt door de kleine schaal van de getroffen gemeenten, vaak met weinig capaciteit en even weinig expertise. Tegelijkertijd probeerden deze gemeenten door de ontstane chaos van herindelingen en reorganisaties de boel überhaupt op de rit te krijgen, waardoor de achterstand vaak verder verdiepte.

Gemeenten vielen zo meermaals terug op de bredere expertise van de provincie, aldus de parlementaire enquêtecommissie. Is dat een probleem en niet juist een logische positie voor de provincie? Had de provincie explicieter voortrekker moeten zijn, en alle gemeenten – of dat er nu twintig waren of de huidige vijf ‘bevingsgemeenten – in een karretje moeten laden om samen een vuist te maken? Uit de feitenconstructie blijkt dat de provincie die rol zeker probeerde te vervullen, maar de verschillende verwachtingen – ook van maatschappelijke organisaties – soms de verhoudingen schaadden. En ook: de belangen van naderende Provinciale Statenverkiezingen die bijvoorbeeld meespeelden bij de Dialoogtafel (2014-2015), een overleg van verschillende organisaties en instanties om nou eens een keer met een oplossing te komen voor het bevingsgebied.

 

Gebruik de juiste middelen voor de juiste doelen

In de huidige verkiezingsperiode een waarschuwing om in het achterhoofd te houden, want hoe snel lopen belangen en doelen door elkaar? In recente verkiezingsdebatten viel bijvoorbeeld het begrip ‘Nationaal Programma Groningengelden’. Zouden die niet hier in een gemeente kunnen worden ingezet om een gat te dichten, om een voorziening open te houden?

Nee, nee, nee, alsjeblieft niet. Deze NPG-gelden zijn bedoeld als éxtra, als éxtra om het bevingsgebied toekomstbestendig te maken. Niet om het gat te dichten waar gemeenten structureel geld tekort komen en waar het Gemeentefonds allang aan zet was geweest. Of nog erger: niet om een stukje aardbevingsproblematiek op te lossen. Daar is niet het NPG de oplossing, daar moet gewoon goed gecompenseerd worden. En dat moeten gemeenten en provincie zich goed realiseren, want zij beslissen mee over de besteding.

 

Laat waterschappen ook hun lessen leren.

Er is nog een bestuurslaag die goed naar de aanbevelingen van de enquêtecommissie zou moeten kijken, ook al wordt zij niet genoemd in de conclusies en aanbevelingen: de waterschappen. En niet alleen de Groninger waterschappen, sterker nog: vóóral de waterschappen elders in het land moeten zich achter de oren krabben. Er speelt namelijk in het verlengde van de bevingscompensatie een andere discussie: over bodemdaling. De provincie Groningen loopt hier wellicht voor de troepen aan, omdat de waterschappen hier de kosten van bodemdaling voor het ontwateringssysteem goed bijhouden, maar dat is elders in Nederland wel anders.

Ook belangrijk voor heel Nederland, en niet alleen Groningen: een veranderend waterpeil of grondwaterstand kan leiden tot ongelijke zettingen en dus zetschade. Follow The Money publiceerde op 15 februari een verhaal over hoe een laag grondwaterpeil tot grote funderingsproblemen leidt en hoe lastig het is om nadeelcompensatie los te krijgen. En o, laten we alsjeblieft niet bewoners op 1-0 achterstand zetten door – zoals jaren in het gasdossier gebeurde – de bewijslast bij hen te laten.

 

Conclusie

Een terugkomende gedachte bij het lezen van het rapport van de parlementaire enquêtecommissie: ‘kijk verder dan je neus lang is’. Die ambtseed om te werken in het algemeen belang is een algemene oproep aan elk van de partijen in de aanbevelingen: de staat, provincie en gemeenten, kabinet, Tweede Kamer, oliemaatschappijen, kennispartijen en partijen zoals het Staatstoezicht op de Mijnen. Zie jezelf niet als één radertje, maar kijk meer naar de gevolgen en de grotere samenhang der dingen. Een eerste melding en een herhaalde melding zijn niet twee nieuwe dossiers. De commissie benadrukt dat er een norm moet komen voor herhaalde schades: herhaalde schade betekent vaak extra schade én bijkomende gezondheidsproblemen door stress. Zorg voor voldoende mentale begeleiding, niet alleen voor volwassenen maar ook voor jongeren die opgroeiden in een gezin waar het bevingsdossier meer aandacht kreeg dan zijzelf.

 

Een andere belangrijke boodschap: doe het samen. Er zijn verhalen te over van gemeenschappen die door verschillende soorten compensatie uit elkaar gescheurd werden. Kreeg de ene buur een klein bedrag en geruststellend ‘het huis is veilig’, de andere buur kreeg een veelvoud van het compensatiebedrag en aanbod tot volledige funderingsaanpak.

De commissie hamert erop: organiseer de versterkingsopgave van onderop. Laat buren in het hele rijtje woningen meedenken – en ja, wensen kunnen botsen – want dan kun je ook bruggetjes slaan naar bijvoorbeeld de bredere omgeving en verduurzaming.

 

Laat de bevindingen van de parlementaire enquêtecommissie een les zijn voor het Nederlandse beleid, om problemen niet zo maar weg te wuiven, maar kundig en bekwaam, met de menselijke maat voorop ze te lijf te gaan. Enkel met erkenning voor de gemaakte fouten, rechtvaardigheid voor de getroffenen en een visie voor de toekomst komen we weer verder.